Poppel

Van tijd tot tijd steekt bij mijn echtgenote het onbedwingbare verlangen de kop op naar een grote zak Belgische Friet met "Belse mayonaise". En wat doe je dan? Zoals elke liefhebbende levensgezel, willig je de verlangens van je eega braaf in. Dus zette wij op een koude maar zonnige zaterdag koers richting Vlaamse dreven, naar Poppel. Toegegeven het is wel erg kort over de grens, maar België is België niet waar? Je hoeft tenslotte ook niet te overdrijven. Bovendien, nu kon het nog. Als straks een wegenvignet gekocht moet worden, wordt de Belgische Friet wel erg duur betaald.

Als we toch bij onze zuiderburen zijn, maken we meestal van de gelegenheid gebruik om wat Elzasser zuurkool en Belgische biertjes in te slaan. Doch de inkopen gedaan, parkeerde we onze bolide van het bekende Japans merk alras achter frietkot Het Voske. Bij het uitstappen verzuchte mijn vrouw al gelukzalig "Rûikt 'm?", wat mij de opmerking ontlokte “za'k er nog eentje laoten?” Binnen werden we uitermate gastvrij ontvangen door een spichtig, jong, doch vriendelijk Bels madammeke. Weliswaar de haren een beetje slordig, maar de vitrine oogde smakelijk en vers. Als zuinige Nederlanders kozen wij voor "n'n klèine zak" en dat was maar goed ook, want zelfs die kregen we slechts met moeite verorberd. Ondertussen las ik de Gazet van Antwerpen en verlustigde we ons aan de overige gasten in het volgelopen etablissement. We raakten aan de praat met een Belg naast ons. Een op het oog voormalig-mijnwerker, kettingroker met slechts één arm, welke handicap hem echter ook weer wel een beetje de aanblik gaf van een oud-strijder van het front aan de IJzer uit 14-18. Hij bleek echter een gewone Poppelnaar, Gaston genaamd en liefhebber van friet en voetbal. Het ijs was dus snel gebroken tussen ons. Toen hij hoorde dat wij uit Dussen kwamen, wist hij zich zo waarlijk nog te herinneren dat ze met de locale voetbalclub F.C. Poppel in een grijs verleden nog wel eens in dat dorp in Holland waren wezen voetballen. Z'n herinneringen waren wat vervaagd, maar "awel manneke, de veurzitter van oew clubke, die herinner ik me nog as d'n dag van gisteren hè." Een onuitwisbare indruk had voorzitter Piet achtergelaten bij de Vlamingen. Door z'n doortastendheid - wij wilden eigenlijk helemaal niet -, vasthoudendheid - allerlei argumenten werden er bij gesleept om ons maar over de streep te strekken -, maar vooral door z'n gulheid, "da's toch nie direct de beste eigenschap van oew hollanders hè". Na enkele flessen "jenevers" waren de Poppelnaren overtuigd en werd met een ferme handdruk overeengekomen dat de "paars-witten" uit het Belgische Poppel een bezoek aan de "rood-witten" uit Nederland, de club van Piet, zouden brengen. Een uitslag kon Gaston zich niet meer herinneren. Wel dat voorzitter Piet, met zo'n vijftien borrels achter z'n kiezen, zelfverzekerd op z'n brommerke stapte en kaarsrecht richting Tilburg knetterde. In dat opzicht stonden wij toen reeds met 0-1 achter, beaamde Gaston, terwijl hij nog maar eens z'n zoveelste zware Bastos opstak.

Op de terugweg, binnendoor via Baarle-Hertog, kwamen we langs het stadionneke van F.C. Poppel. Houten staantribune, verveloze maar grote kantine, kleine kleedkamers, veel reclame-uitingen. Het geheel biedt een beetje aftandse indruk. Het is voor de Poppelse voetbalfans duidelijk hopen op betere tijden. Of misschien op weer een visite van de voorzitter van dat opmerkelijke voetbalclubke uit Nederland, uit Dussen.

Ton Lensvelt

Bronnen

Clubblad De Voorzet s.v. Dussense Boys, Jaargang 9, nummer 3, 2007

Terug naar Columns


© Ton Lensvelt, e-mail adres: tonlensvelt@ziggo.nl