Waar stond de kerk van Munsterkerk?
De voormalige Gemeente Dussen is ná de Napoleontische tijd (1814) ontstaan uit twee Heerlijkheden: Muilkerk - oudste vermelding 1156 - en Munsterkerk (1330). Muilkerk lag het meest oostelijk en had z'n kerkelijk centrum in Dussen Binnen, waar zich thans nog het protestants kerkhof bevindt; de plaats van de kerk gold op vroegere kaarten meestal als maatstaf voor de plaatsbepaling van de nederzetting. Het kerkelijk centrum van Munsterkerk laat zich wat moeilijke vaststellen.
Het meer uitgestrekte Munsterkerk lag ten zuid-westen van Muilkerk en meer nabij de (Oude) Maas, welke vóór de St. Elisabethsvloed (1421) meer noordelijk stroomde; de latere Scheisloot, die de grens met Waspik vormde, wordt genoemd als de oorspronkelijke maasbedding.
Op de middels historisch geografisch onderzoek samengestelde interpretatiekaart (Ramaer, 1899) van de middeleeuwse Grote Waard wordt Munsterkerk gesitueerd in de Zuid-Hollandse Polder langs de Oude Straat en aan de oever van het riviertje de Dusse.
De kerk van Munsterkerk. Detail van het schilderij De St Elisabethsvloed 18-19 november 1421 in het Rijksmuseum Amsterdam.
Met de St. Elisabethsvloed van 1421 verdween zo'n beetje geheel Munsterkerk, inclusief de kerk, onder de golven, terwijl ook Muilkerk onder water kwam te staan. Al vrij snel (1432) na de overstroming, begon men met de aanleg van de Zoutendijk tussen Andel en Drunen in 1450 gevolgd door de Mosterddijk tussen Andel en Meeuwen, maar deze dijken boden nog geen soelaas voor het gebied rond Dussen.
Pas in 1461 werd aansluitend op de Noordelijke Maasdijk de Kornsedijk van Dussen naar Werkendam aangelegd, welke Muilkerk en een klein gedeelte van Munsterkerk (± 10%) beschermde tegen het buitenwater. De hoger gelegen delen van de Dussense stroomrug vielen bij eb droog, terwijl door de gunstige omstandigheden voor sedimentatie, na verloop van tijd buitendijks de Kornsedijk vruchtbare aanwassen ontstonden, die al snel in gebruik genomen werden.
Een van de eerste gebieden die droog vielen en ingedijkt - liever gezegd omkaad - werden was De Laer, gelegen tegen de Dussense dijk (= Kornsedijk), tussen de Oude Straat en de Kalversteeg, tegenover de aansluiting van de Muilkerk met de Dussendijk, ter hoogte van het pand Dussendijk 29, thans boerderij Jos Verhoeven. Dit poldertje van slechts 50 ha. (1.000 x 500 m) was de primaire aanzet tot verdere terugwinning van voornamelijk Munsterkerk's gebied.
De Oude Straat, eertijds Oude Straetken genoemd, vormde de eerste ontsluiting van het buitendijks gebied, en vormde waarschijnlijk een ventweg langs het buitendijkse riviertje de Dusse, dat later zou verlanden. De weg verschafte toegang tot de gorzen met prachtige namen zoals: Hoecxkens, Goey Poort, Staecxken, Landen Zuyt Sijde van Straetgen, Kleijnen Peerenboom, Voochts ofte Fockxwerf, Grooten Peerenboom, Verckensjacht, Grooten en Kleynen Brasser, Raimdonckweer, Langenwerf met den Aenwas die zich later zou ontwikkelen tot Capel- of Molenwerf en Wyfvliet, Rijetwerf, Roode Camer, Staekenborgh. Al deze gorzen lagen ten zuiden van de Oude Straat. Ten noorden daarvan lagen: De Waerdekens, H.Geest tot Dordrecht, Slobben Burgh, Langen Camp, Baeijen Poel, Witers Koijen, Bregten, Cornse Weeren, Neel van Dycx werf, Conyncx Corn ofte Boerenverdriet, Jan Reijerenvelt, Gysbert, Bleeck Waart. Het feit dat door landbouwwerkzaamheden ter plekke nog wel eens puinresten worden opgeploegd en dat de hoogtekaart van de ruilverkaveling deze plaats aanduid als onderdeel van de hoger gelegen (1.00-1.50+ NAP) Dussense stroomrug, staaft onze veronderstellingen alleen maar. Opgravingsonderzoek en/of bestudering van de opgeploegde puinresten zou meer duidelijkheid kunnen scheppen in deze materie.
Naar aanleiding van bovenstaande veronderstellingen werd bij het samenstellen van de erfgoedkaart van de Gemeente Werkendam (in 2011) een boring (25) gezet aan de Oude Straat (ongeveer 500 meter buitendijks). Bij de boring werd aldaar geen dik pakket met afzettingen aangetroffen. Dit vindt zijn oorzaak in het feit dat het gebied al vrij snel weer droog lag. Rondom de boringplaats werden wel opmerkelijk veel fragmenten aardewerk aangetroffen, die dateren van vóór de St. Elisabethsvloed. In de boring werden eveneens afzettingen van de Dussense stroomrug aangetroffen. In het eindrapport van de erfgoedkaart wordt de conclusie getrokken dat: Op basis van zowel historische bronnen, als het veldonderzoek er voldoende aanwijzingen zijn om in de omgeving van boring 25 voor de erfgoedkaart van de Gemeente Werkendam, de aanwezigheid van Munsterkerk te verwachten.
Laarhuisje verwijzing naar Munsterkerk?
De plaats van het Laarhuisje ingetekend op een detailkaart van de Zuidhollandse Polder uit 1905.
Uit het Parochiearchief van H.Maria Geboorte Dussen blijkt voorts nog dat het R.K. Gasthuisfonds in 1891 een perceel land van 2.37.80 ha. aankocht van de erven Joh. van der Pluijm uit Hill/Babyloniënbroek, gelegen aan De Middelt tussen Oude Straat en Kalversteeg, kadastraal bekend sectie E nr. 217 en omschreven als "gelegen bij het Algemeen Kerkhof". Blijkens de Gemeenteverslagen in het provinciaal archief van het BHIC in Den Bosch was door de Gemeente Dussen in 1872 een begraafplaats aangelegd op een perceel (E nr. 219) groot ruim 13 aren en een jaar eerder aangekocht van Antonie van Kooten. In 1874 werd het kerkhof opgeleverd compleet met omplanting (kosten 53,11) en een baarhuisje (het Laarhuisje, kosten 441,72). De reden voor aanleg dient vermoedelijk gezocht te worden in het feit dat de Hervormde begraafplaats in Dussen Binnen, die tevens als algemene begraafplaats dienst deed, vol raakte en omdat er voor de bevolking in de Polder, waaronder Hank, geen algemene begraafplaats beschikbaar was, terwijl dit wettellijk verplicht was. Het katholieke deel van de bevolking van Dussen had in ieder geval vanaf 1842 (maar waarschijnlijk al vanaf 1826) de beschikking over een kerkhof aan De Sluis. De reden voor de keuze van deze specifieke plek voor het aanleggen van een kerkhof valt uit de betreffende gemeenteverslagen niet op te maken.
Wel hebben al deze vermeldingen met elkaar gemeen dat het sterke aanwijzigingen zijn dat de kerk van Munsterkerk van vóór de St. Elisabethsvloed van 1421 daar ter plaatse zal gestaan zal hebben. Ook het gegeven dat deze kerk aan de boorden het riviertje De Dusse stond, zoals op de kaart van Ramaer is aangegeven (Zie: Dussen, vóór St. Elisabethsvloed), krijgt er alleen maar meer gestalte door.
Het lijkt daarom alleszins aannemelijk te mogen veronderstellen dat de plek van het voormalige Laarhuisje (een gedeelte) van de voormalige kerkelijke goederen beslaat, en daarmee ook de plaats aangeeft waar eertijds, vóór de St Elisabethsvloed in 1421, de parochiekerk van Munsterkerk heeft gestaan.